Begin van de bevalling

Weeën
De kans is het grootst dat de bevalling begint met weeën (90%). Meestal starten de weeën met onregelmatige, lichte en korte krampen die pijnlijk zijn onder in je buik. Naarmate de uren vorderen komen deze krampen steeds sneller achter elkaar, duren ze langer en worden ze langzaam sterker. Het kan goed zijn om in de aanloopfase naar goede weeën zoveel mogelijk die dingen te doen die je ook gedaan zou hebben als je niets zou voelen (slapen of dommelen als het nacht is; kleine klusjes doen als het overdag is). Probeer je zo weinig mogelijk op de pijn te richten. Na verloop van tijd wordt dit steeds moeilijker en voelt het juist beter om je wel te richten op je buik en de pijn. De weeën komen dan meestal elke 4-5 minuten en duren 50-60 sec. Dit is waarschijnlijk het moment waarop de ontsluitingsfase echt gaat beginnen.

Het is niet altijd direct duidelijk of de bevalling begonnen is. Je bent 9 maanden zwanger geweest en je lichaam zit na 9 maanden vol met hormonen die de bevalling uiteindelijk in gang gaan zetten. Soms kan je hierdoor regelmatig harde buiken krijgen. Deze contracties van de baarmoeder zorgen mogelijk wel voor wat voorbereidend werk, maar zullen geen ontsluiting geven. Het typerende van echte weeën is dat ze steeds regelmatiger en pijnlijker worden. Harde buiken/voorweeën daarentegen, blijven vaak op 1 niveau hangen. Een tip: ga eens onder de douche zitten! Harde buiken/voorweeën zakken dan vaak af, terwijl ontsluitingsweeën verder doorzetten.

Gebroken vliezen
Bij ongeveer 10% van de vrouwen begint de bevalling met het breken van de vliezen. Als je vliezen breken kan je een flinke plens vruchtwater verliezen, maar het kan ook zijn dat je steeds kleine beetjes vocht verliest. Als de vliezen eenmaal gebroken zijn, blijf je continu vocht verliezen. Bij opstaan of bewegen verlies je vaak wat meer. Je kunt het niet ophouden, zoals urine. Als je vliezen breken is het heel belangrijk om wat vruchtwater op te vangen in een maandverbandje of glas en dat voor ons te bewaren. Kijk goed naar de kleur van het vruchtwater, meestal is het kleurloos, soms met vlokjes huidsmeer of wat roze. Dit is allemaal normaal. Het vruchtwater kan ook groenig of bruinig van kleur zijn. De baby heeft dan in het vruchtwater gepoept. Dit is een reden om direct contact met ons op te nemen.

Bloedverlies
Het is heel normaal om bloed te verliezen tijdens de bevalling. De baarmoedermond is aan het verweken en verstrijken, oftewel zachter en korter aan het worden. Hierbij gaan kleine bloedvaatjes kapot en verlies je een beetje bloed, vaak samen met wat slijm. Dit wordt ook wel tekenen genoemd. Soms verlies je al vóór de bevalling slijm met een beetje bloed; dit is de slijmprop. Dit kan een teken zijn dat de bevalling gaat beginnen, maar vaker is dit niet het geval. De bevalling kan dan nog enkele dagen of zelfs weken op zich laten wachten.

Ontsluitingsfase

Elke bevalling verloopt anders. Toch doorloop je bij iedere bevalling een aantal stadia: de ontsluitingsfase, de persfase en de nageboorte. Hierbij kan de ontsluitingsfase worden opgedeeld in twee delen:

Latente fase
Tijdens de latente fase wordt de baarmoedermond toegankelijk voor het ontsluiten. Hij wordt ‘rijp’. Dat wil zeggen: kort, zacht en beetje open. De eerste paar centimeters ontsluiting ontstaan. Er zit een groot verschil in hoe lang deze fase kan duren. Soms zie je dat de weeën tijdens de latente fase weer afzakken en de bevalling nog even op zich laat wachten. Tijdens de latente fase is het goed om afleiding te zoeken.

Actieve fase
Tijdens de actieve fase komen de weeën ongeveer elke 3 minuten terug. Ze zijn allemaal sterk en duren ongeveer even lang (60 sec of langer); in deze fase vordert de ontsluiting tot volledige ontsluiting (10 cm). Bij een eerste kindje vordert de actieve fase ongeveer één cm per 1-2 uur. Bij een volgend kindje gaat dit vaak sneller. In het algemeen duurt de bevalling van het eerste kindje 12 tot 18 uur vanaf het moment van regelmatige weeën. De snelheid waarmee tweede en volgende kinderen worden geboren, is vaak afhankelijk van hoe het de eerste keer is gegaan. We bespreken dit altijd tijdens de controles.

Persfase

Om te starten met persen zijn 3 factoren nodig: persdrang, volledige ontsluiting (10 cm), en het hoofdje van de baby moet diep genoeg in het bekken liggen. Meestal vallen deze 3 dingen samen, maar soms moet je wachten op persdrang terwijl er al volledige ontsluiting is en soms moet je met persdrang wachten op volledige ontsluiting, of tot het kindje wat lager ligt.  Als deze 3 factoren aanwezig zijn, kan je starten met actief meepersen. Tijdens een perswee pers je met al je kracht mee richting je anus of vagina. Je perst alsof je moet poepen. Vaak doen vrouwen dit al uit zichzelf en soms zullen wij helpen met coachen.

Een normale periode van persen duurt bij een eerste kindje ongeveer 1 uur. Het duurt vaak even voordat we het hoofdje zien. Het komt bij elke wee een stukje verder, maar zakt daarna ook weer een klein stukje terug. Een tweede of volgend kindje kan veel sneller geboren worden; soms zelfs in een paar weeën.

Als het hoofdje bijna geboren wordt, geeft dit vaak een branderig gevoel. De verloskundige geeft dan aan wat je moet doen om eventueel inscheuren zoveel mogelijk te voorkomen. Als het hoofdje eenmaal geboren is, volgt de rest van het lijfje en zal de verloskundige jullie kindje op je buik leggen. De pijn van de weeën stopt dan vaak direct.

Nageboorte

Dit is over het algemeen het minste werk en het minst pijnlijk. Meestal is de placenta (moederkoek) binnen 20-30 min geboren. Om de placenta geboren te laten worden zal de verloskundige soms wat tegendruk op je buik geven, terwijl jij nog een keer mee perst. Als de placenta, vliezen en navelstreng dan geboren worden, is dat vaak een raar, maar geen pijnlijk gevoel. Soms is het nodig een injectie te geven om de placenta geboren te laten worden. Na de bevalling kijken we ook of je gehecht moet worden. Hechten gebeurt onder lokale verdoving en kan zowel thuis, als in het ziekenhuis. Als alles goed gaat, kan de baby het eerste uur huid-op-huid bij jou liggen en geven we jullie de tijd om even samen te zijn. Verder gaan we de baby nakijken. We wegen de baby en kijken of er bijzonderheden zijn. Als alles goed is, wordt de baby hierna vaak aangekleed. 

Wat als het anders loopt? 

Indien je in de zwangerschap bij ons onder zorg bent, zullen wij in principe ook de bevalling begeleiden. Het kan voorkomen dat er tijdens de bevalling een situatie ontstaat waarbij wij de zorg zullen overdragen aan de klinisch verloskundige of gynaecoloog. De meest voorkomende redenen zijn:

  • het niet vorderen van de bevalling
  • als je baby in het vruchtwater heeft gepoept
  • langdurig gebroken vliezen (> 24 uur)
  • pijnstillingswens

Ook na de bevalling kan het gebeuren dat we de zorg overdragen, bijvoorbeeld wanneer je teveel bloed verliest. Meestal is er geen sprake van spoed bij een overdracht. Wij zorgen altijd dat degene die de zorg overneemt, goed op de hoogte is van jullie wensen. Wanneer jullie het ziekenhuis verlaten, zullen wij de zorg weer overnemen voor de begeleiding tijdens de kraamtijd.

Veelgestelde vragen bevalling

Is het mogelijk om in bad te bevallen?

Ja, meestal is dit mogelijk. Je kunt een bad gebruiken als ontspanning tijdens de ontsluitingsweeën, maar je kunt er ook voor kiezen om te persen en dus je kindje geboren te laten worden in bad. In alle ziekenhuizen zijn bevalbaden aanwezig, indien beschikbaar kun je hiervan gebruik maken. Soms zitten hier extra kosten voor een binnenhoes aan verbonden. Wil je thuis in bad bevallen dan kan het fijn zijn om een bevalbad te huren, bijvoorbeeld via www.bevallingsbaden.nl Heb je zelf een groot/breed bad en wil je daarin bevallen? Bespreek je wens met ons, dan kijken we samen of dit mogelijk is.

Is het erg als ik de slijmprop ben verloren?

Nee, dat is niet erg. De ‘slijmprop’ is een slijmerige structuur die zich normaal gesproken in de baarmoedermond bevindt. Meestal is het verliezen van de slijmprop een teken dat de baarmoedermond aan het verweken is en mogelijk al een beetje open gaat.  Je kunt de slijmprop in zijn geheel verliezen, maar ook in kleine beetjes met afvegen of tijdens de bevalling. Soms zit er wat oud (bruin/roze) bloedverlies bij. Dit kan geen kwaad. Het kan het begin zijn van de bevalling, maar de bevalling kan ook nog een week op zich laten wachten. Je hoeft ons hiervoor niet te bellen, kijk op onze pagina ‘bevalling-wanneer bellen?’ voor de belinstructies rondom de bevalling. 

Kan ik thuis bevallen met pijnstilling?

Thuis kun je alleen gebruiken maken van natuurlijke pijnstillering, zoals warm water, massage of het TENS-apparaat. Voor medicinale pijnstilling (zoals lachgas, remifentanyl pompje on een ruggenprik) moeten we verplaatsen naar het ziekenhuis. Dit is omdat er vaak extra benodigdheden en controle’s nodig zijn om de conditie van jou en de baby in de gaten te houden.  Lees meer over pijnstilling op onze pagina: ‘bevalling-pijnstilling’.